
Sinds mijn opa was overleden, had Wigbold zichzelf de rol toebedeeld van pater familias. Niet dat daar ook maar enige behoefte aan was. Als mijn zachtaardige, progressieve vader op ecologische wandelschoenen iets kon missen, waren het Wigbolds ongevraagde beleggingsadviezen en zijn uitgebreide verhalen over de sterrenkok tijdens zijn kapitale vakantietrip naar Antarctica. Geen groter contrast dan dat tussen Wigbold en mijn vader. Ik vroeg me weleens af bij wie van hen ik het beste paste. Dan voelde ik me schuldig; mijn moeder als buddy voor asielzoeksters met hiv, mijn vaders werk voor een voedselbank, mijn zus: ook al zo’n weldoener. Wat deed ik, koekoeksjong, om de wereld beter te maken? Fijne feestjes geven?
1 opmerking:
Nou, laat dat boek nu maar eens komen!!!
Een reactie posten